Fundament
‘Wanneer gaan jullie?’ Dat is de vraag die ik in de
afgelopen anderhalve week het meest gekregen heb. Het is denk ik ook gewoon de
meest logische meelevende vraag die je kunt krijgen wanneer je vertelt dat je
definitief hebt besloten dat je gaat verhuizen.
Maar ook een meelevende vraag kan pijnlijk zijn. Want ik zou
graag een helder antwoord willen geven, maar dat heb ik niet. En dus
confronteert de vraag mij steeds weer met het onduidelijke toekomstplaatje. Wat
zou ik graag willen weten wanneer we gaan. En trouwens, niet minder graag zou
ik willen weten waarheen we precies gaan. Wijk, straat, huisnummer, postcode,
dat soort informatie.
Helaas, ik moet het voorlopig doen zonder duidelijkheid over
wanneer en waarheen de verhuiswagen voor ons naar Zaandam zal rijden. Want we
zoeken nog een huis. En een geschikt huis kopen in een plaats waar de huizen
soms binnen 24 uur na plaatsing op Funda al buiten bereik liggen, is een vak
apart.
Complicerende factor: de Zaanse funderingspalen.
Als mijn broers vroeger grappig wilden doen vroegen ze mij:
‘Amsterdam die grote stad is gebouwd op houten palen, met hoeveel letter spel
je dat?’, waarop dan het enige juiste antwoord ‘drie’ was. Maar niet alleen
Amsterdam is gebouwd op houten palen, Zaandam net zo goed. Van Amsterdam weet
ik weinig, behalve dan dat de trein naar Rotterdam er vertrekt, maar van
Zaandam weet ik inmiddels dat houten palen daar niet je beste vriend zijn.
Houten palen kunnen namelijk stuk. En dat is met een heel aantal palen in
Zaandam het geval. Alleen weet niemand precies welke palen dat dan zijn. Van
sommige huizen is bekend dat de fundering in orde is (dit geldt voor nieuwere
huizen en voor huizen waarvan de fundering al is vervangen), van sommige huizen
is bekend dat de fundering zeker niet in orde is en dus vervangen moet worden,
en van sommige huizen, en dat is de spannendste categorie, weet niemand hoe
lang de fundering het nog vol zal houden omdat het of helemaal niet onderzocht
is, of al zo lang geleden dat het voor de toekomst geen sluitende garantie
geeft.
En dan komen wij en wij willen een huis kopen. Bij voorkeur
een huis dat niet van plan is weg te gaan zakken. En bij voorkeur een huis dat
wij kunnen betalen.
Nu worden die drie soorten huizen interessant. Bij huizen
met een betrouwbare fundering is de prijs er ook naar, zelfs al zit de
jaren-’70-bruine badkamer er nog in en is het hele huis behangen met
fuchsiaroze behang met felgroene stippen. Voor dit soort huizen moet je flink
betalen.
Bij huizen waarvan zeker is dat de fundering onbetrouwbaar
is, is de prijs er ook naar. Wanneer je zo’n huis koopt weet je dat je de
fundering moet aanpakken en dus is de vraagprijs een stuk lager. Eigenlijk zijn
dit hele duidelijke huizen, maar er zit veel werk aan.
En dan zijn er nog die huizen met het label ‘onbekend’ of
‘lang geleden onderzocht’. Dat is Russische roulette. De prijzen van deze
huizen zijn misschien net wat lager dan die van de huizen met gegarandeerd
goede fundering, maar weer niet zo laag dat je van dat verschil voor een nieuwe
fundering kunt zorgen.
Welke fundering een huis ook heeft, de foto’s van het
interieur staan even vrolijk en gelikt op Funda. Nu zoeken wij op prijs, dus
als een huis al erg goedkoop is voor de bijbehorende hoeveelheid woonoppervlak
weten wij dat wij de fundering moeten wantrouwen (en dat staat er dan ook
netjes bij), maar bij die onduidelijke funderingen is dat anders. Daarbij kan
je voor je het weet zitten te kwijlen bij een prachtig, redelijk ruim huis,
waarvan volstrekt onduidelijk is wat zich eronder bevindt. Het is verleidelijk
om toe te happen op een mooi huis en de gok te nemen met de fundering. Maar tot
nu toe bieden wij dapper weerstand en blijven zoeken naar zekerheid wat de
fundering betreft.
Eigenlijk geldt dat laatste voor mijn hele leven. Ik wil
bouwen op een goed Fundament. Ik kan prachtige dingen doen, maar ze krijgen pas
zin als ik ze voor Jezus doe. Ik kan op allerlei dingen vertrouwen, maar alleen
Jezus is echt betrouwbaar. Ik kan voor van alles leven, maar alleen met Jezus
heb ik echt toekomst. Het kan zijn dat het huis dat ik in mijn leven bouw niet
echt schittert en blinkt. Het kan zijn dat de keuken vervangen moet worden of
dat er een kamer bij getimmerd moet worden. Het kan zijn dat de verf op de
muren er niet meer uitziet of dat alle kozijnen vervangen moeten worden. En
echt, daar wil ik aan werken. Want het doet er toe wat ik doe (zie 1 Korintiërs
3:11-15). Maar het Fundament is de onmisbare basis. En dat is genoeg en meer
waard dan schone schijn.
Dus als je ons, hopelijk over een aantal maanden, aantreft
in zo’n jaren-’70, -’80 of –‘90 huis waar de burgerlijkheid vanaf druipt of dat
helemaal gestript is, heb dan geen medelijden, maar weet dan dat wij
zielsgelukkig zijn dat wij een huis met een stevig fundament gevonden hebben
(hm, ok, een jaren-’20 of -’30 huis met nieuwe fundering zou ook leuk zijn). En
weet dat we ook daar willen blijven bouwen op het Fundament. Hoe mooi de huizen
zonder dat Fundament ook lijken.
Reacties
Een reactie posten