Posts

Posts uit februari, 2018 tonen

Geven is zalig, ontvangen valt niet mee.

Het is zaliger te geven dan te ontvangen. Deze woorden uit Handelingen 20 schoten mij de afgelopen weken een aantal keer te binnen. Nogal uit het verband gehaald en exegetisch zwaar onverantwoord, maar toch. Ze pasten bij mijn gevoel. En dat gevoel was dat het helemaal niet lekker is om te ontvangen. Dus zal het algauw zaliger zijn om te geven. Om te weten hoe het is om te ontvangen, moet je het een keer uitproberen. En zoals zo vaak met het uitproberen van minder leuke dingen: dat is geen keuze. Het overkomt je. Ik ga even terug naar een paar weken geleden. Het is vrijdag. Zoals in een huis met schoolgaande kinderen wel vaker gebeurt: kind buikgrieperig thuis. Om precies te zijn, zoon 1. Echt, vraag me niet waarom kinderen bang zijn voor monsters: ik heb meer virussen dan monsters voorbij zien komen in dit huis en virussen zijn vele malen hinderlijker. Rond het avondeten besluit het afweersysteem van manlief het ook voor gezien te houden. Manlief sluit aan in de rij.

De liefste mama

‘Mag ik een chipje?’ Zoon 2 drentelt om mij heen. Ik sta eten te koken. Een Mexicaanse ovenschotel wordt het. Met tortillachips. Dus nu sta ik met zo’n heerlijk verleidelijk ritselende zak chips in mijn handen, voor alle aanwezigen duidelijk hoorbaar. Ik las eens op een of ander moederforum de vraag van iemand wanneer je nog stiekem chocola kunt eten wanneer je kind geen middagdutjes meer doet. En inderdaad, met kinderen in de buurt kan je niks stiekems meer doen. Soms voelt het net alsof er aan mij een bewegingssensor hangt die aangesloten is op een speciaal mama-beweegt-(of-juist-niet)-alarm in het hoofd van mijn kinderen. Zijn ze lekker aan het spelen, denk ik: mooi, kan ik wel even de krant lezen. Maar zodra ik stil zit is de rust verdwenen en hangen ze aan mij of elkaar of de gordijnen. Andersom kan ook. Zolang ik een beetje voor mij uitstaar aan tafel is alles vredig in huis, maar wanneer ik opsta om de was op de gaan vouwen, eten te gaan koken of iets anders nuttigs te

Choose your battles

Het klinkt wel stoer, zo in het Engels, en ik probeer mijzelf er steeds aan te herinneren wanneer ik moet beslissen of ik over iets wel of niet de strijd aanga met de kinderen: choose your battles. Maar oh de praktijk… Consequent zijn. Als er in opvoedland ergens op gehamerd wordt (in mijn beleving) dan is het dat wel. En het is ook wel lief voor je kinderen om ze wat duidelijkheid te verschaffen in de chaos van het leven. Consequent zijn draagt mijns inziens zeker bij aan duidelijkheid. Maar het is nog niet zo gemakkelijk. Soms moet je in een nanoseconde beslissen of je bepaald gedrag wel of niet toelaat. Beslis je dat je het verbiedt, zit je misschien de rest van de middag/weg/maaltijd met een kind dat in een stemming diep onder nul verkeert. Beslis je dat je het toelaat, zit misschien je de rest van de middag/weg/maaltijd met eigenlijk ontoelaatbaar gedrag opgescheept. Voorbeeld: in de supermarkten waar wij komen, is één stuk fruit (mits direct geconsumeerd) voor kinder

Vragen aan tafel

‘Wat is dat?’ Tja, als er iets verandert in huis valt het zoon één altijd meteen op. Ik had dus zo’n vraag kunnen verwachten. Op de eettafel staat een felgekleurde doos. Ik heb hem klaargezet omdat ik hem wil gebruiken voor de kring van onze kerk. ‘Dat is een spel voor grote mensen,’ verklaar ik. In de hoop dat daarmee de kous af is. Maar nee (natuurlijk). ‘Wat voor spel?’ ‘Hoe gaat het dan?’ ‘Wat zit er allemaal in de doos?’ Die laatste vraag gaat nog wel, dus ik antwoord: ‘Kaarten met vragen en kaarten met plaatjes.’ ‘Wat voor vragen?’ Zucht. Zo gemakkelijk kom ik er dus niet vanaf. Ik maak de doos open en pak een willekeurig kaartje in de hoop mijn kleuter (en toegesnelde peuter) af te schrikken door de moeilijkheidgraad van de vragen. ‘Wat vind je leuk om te doen?’ staat er op het kaartje. Tja, daar gaat mijn plan, want daar weten de beide heren wel een antwoord op. ‘Met de trein spelen,’ zegt de een ‘Naar een museum gaan,’ vindt de ander. Aangemoedigd door dit v