Lang geleden...


Drie weken vakantie op een bestemming die twee dagen reizen van huis is, uitstapjes naar alles wat los en vast zit en Engelse wegen waarover je altijd langer onderweg bent dan je dacht te gaan zijn: genoeg ingrediënten voor een onderzoek naar menselijke gedragsverandering onder de druk van het langdurig met twee volwassenen en drie kinderen opgehokt zitten in een blauw stuk Zweeds blik.

Manlief en ik en ons lieftallige kroost, we hebben het allemaal doorstaan deze zomer.

Om te voorkomen dat er doden vielen op de achterbank, luisterden we afwisselend drie luisterboeken van Mees Kees tot we er scheel van keken en dochterlief hele stukken begon te citeren. Hoe zoon 1 en 2 het presteerden om over dezelfde grappen toch ook bij de 72e keer nog steeds weer even hard te lachen is mij nog steeds een raadsel.

Toen we ook ’s nachts over Mees Kees begonnen te dromen, werd het tijd de grappige meester van 6b af te wisselen met iets-anders-maakt-niet-uit-wat. De keuze viel op een van de boeken van Arend van Dam, meteen een tikkeltje inhoudelijker, getiteld Lang geleden…

Het boek gaat de Nederlandse geschiedenis langs, door bij de hoogtepunten eruit een verhaal te vertellen. Zo luisterden we onder andere naar verhalen over Bataven en Friezen, Floris de Vijfde, Rembrandt van Rijn en Anne Frank. Niet alleen de afdeling achterbank werd er wijzer van, ook voorin luisterden we aandachtig mee.

Zoon 2 nam het allemaal gretig in zich op. Blijkbaar is vijf jaar oud genoeg om geïnteresseerd te zijn in Vikingen, watergeuzen en koningen.

Zo af en toe leverde hij commentaar: ‘Hé, een kasteel in Medemblik! Daar zijn wij ook geweest!’ of hij leefde mee met Jacoba van Beieren, lachte om de koning van wie het paleis meer op een dierentuin leek en keek steeds weer uit naar het verhaal waarin werd verteld dat iemand uit Pluk van de Petteflet werd voorgelezen, ‘Net als wij mama!’ ‘Ja,’ glimlachte ik. ‘Net zoals jullie.’ En ’s avonds kropen ze alle drie weer tegen mij aan om te lezen over de Stampertjes en Langhors.

Echt ontroerend was zijn opmerking toen hij hoorde over Eduard Douwes Dekker die Multatuli schreef om te strijden tegen slavernij en over Samuel van Houten die de eerste wet tegen kinderarbeid in Nederland bedacht. ‘Ik denk wel dat die mensen bij Jezus hoorden mama, want die deden echt heel lieve dingen.’

Het raakte mij. Mijn kind heeft, in ieder geval voor nu, begrepen hoe het hart van Jezus is. Hoe Hij huilt om onrecht en alles geeft om wie vast zit vrij te maken. En wat dat vraagt van wie bij Hem hoort. Dat ze Hem daarin volgen.

Wie zo leeft, die móet wel bij Jezus horen. Dat begrijpt zelfs een kleuter.


Reacties

Populaire posts van deze blog

De toekomst wekt het verleden.

Bang